Auteur: Julien Antonetti | Leestijd: 8 minuten

In voorstellingen is het altijd fijn als we in wat de personages meemaken iets van onszelf herkennen. Dat geldt voor toneel en film, en in versterkte mate voor musicals. Maar met LGBTQIA+ history is dat soms wat lastig. Wanneer je LGBTQIA+ people op tv, in film en in theatervoorstellingen tegenkomt, struikel je nog steeds regelmatig over clichés: het slappe handje, het loopje, de gemillimeterde haardracht, geruite flanellen hemden, de grove tuinbroek; je kent het wel. Stereotypering die niet alleen rolbevestigend werkt, maar bovendien subplotlijnen degradeert tot een excuus om fijn naar aapjes te kunnen kijken. Maar hoe zit dit precies bij musicals? Hebben we de afgelopen jaren dan echt zo stilgestaan? En welke uitzonderingen zijn er op de regel? Dit wordt een verhandeling over de vertegenwoordiging van LGBTQIA+ people in musicals. En fasten your seatbelts; want we gaan kort door de bocht.

Comic relief

De huidige ontwikkelingen rondom het stimuleren van diversiteit, inclusie en gendervrijheid hebben een grillig pad afgelegd, ook in ‘theaterland’. Soms via de een-stap-voorwaarts-twee-stappen-achterwaarts route tot het – zonder in gemeenplaatsen te vervallen – tonen van een zich ontwikkelend LGBTQIA+-personage op weg naar diens volwassenheid. Niet meer het weergeven van tragische types die als zetstuk voor comic relief of feel good momenten moeten zorgen, maar volwaardig ontwikkelde mensen. Mensen met wie je je kunt identificeren.

Reis van de held

Als we het over LGBTQIA+-personages hebben, zien we die verschuiving van plat cliché naar round character steeds vaker voorbijkomen. Vooral veel in ondersteunende rollen, maar ook steeds meer in hoofdrollen; meestal in musicals die ‘de reis van de held’ van een LGBTQIA+-hoofdpersoon als leidraad hebben. Kort uitgelegd: ‘de reis van de held’ gaat over hoofdpersonages die in hun ontwikkeling tegenslagen dienen te overwinnen om op hun voorwaarden hun eigen plek in te kunnen nemen.

Om de verstopte LGBTQIA+-thema’s in musicals van onder andere Cole Porter en Oscar Hammerstein II (ja, die van The Sound of Music, luister maar goed naar ‘How do you solve a problem like Maria?’) hier te behandelen voert voor nu te ver. Al zijn die er dus ook nog: er zijn legio songs die voor de goede verstaander dergelijke thema’s behandelen. Meer, veel meer dan je zou denken. We are looking at you, Sondheim.

Maar deze verhandeling begint bij de eerste musicals die LGBTQIA+-thema’s op een volwaardige manier behandelden. En daarbinnen is Cabaret een interessante. Het is dan wel niet de hoofdplot, maar de ontwikkeling van Brian, kompaan van Sally Bowles, kun je zeker een coming out– en een coming of age-thema noemen. Op dit moment is er overigens in Londen een magistrale productie van Cabaret te zien, een duisterdere versie dan doorgaans. Ga er zeker heen als je de kans hebt.

Ook in A Chorus Line is coming out een belangrijke subplot. In de persoonlijke verhalen van de cast is die van Paul een van de schrijnendste. En al wordt tegen het eind van de show ‘What I Did For Love’ niet door Paul gezongen; zijn lotgevallen roepen deze song wel op.

Mainstream

Je kunt van deze thema’s bovendien zeggen dat ze een transfer hebben gemaakt van periferie naar mainstream. LGBTQIA+-thema’s die voorheen in subplots van producties in kleinere theaters – de zogeheten off en off-off circuits – behandeld werden, bleken succesvol uit te pakken en werden vervolgens overgenomen en als ondersteunende subplot behandeld in grotere producties. En dat sloeg aan. De volgende stap in deze ontwikkeling, van subplot naar hoofdplot, is gaande. En daarmee hebben musicalproducenten een groter publiek weten te bedienen en te bereiken.

Boy Meets Boy

Opmerkelijk is de musical Boy Meets Boy, uit 1975, die een standaard love story betreft, met het thema boy meets boy, boy loses boy, boy gets boy again. Opvallend hierbij is dat niemand in het verhaal ervan opkijkt dat het een liefdesgeschiedenis van twee mannen betreft. Tegelijkertijd speelt zich op de achtergrond off stage een andere love story af, een beruchte die zelfs tot de abdicatie van Edward VIII leidt. De voorstelling heeft off-Broadway met succes zo’n anderhalf jaar gelopen en tien jaar geleden was er off-West End nog een Britse versie van te zien. Wie weet duikt deze voorstelling ook ooit nog eens in onze contreien op.

I am what I am

Een paar voorbeelden van in Nederland geproduceerde musicals waarin LGBTQIA+-thema’s de hoofdplot vormen, zijn La Cage aux Folles, Fun Home en Falsettos. In La Cage aux Folles weet Albin zich niet alleen te verzoenen met zijn angsten; in ‘I am what I am’ overwint hij zichzelf en neemt hij met waardigheid zijn plek in. Alison, in Fun Home, verenigt in ‘Flying Away’ de afgescheiden aspecten van zichzelf en brengt deze met elkaar in balans. Ze sluit vrede met zichzelf, met haar vader en met haar verleden, om te ontdekken dat ze alleen zo vol in het leven kan staan. En in Falsettos zien we hoe Marvin omgaat met de obstakels die hij op zijn levenspad tegenkomt, en dat zijn er nogal wat. We zien ook hoe de keuzes die hij maakt zijn omgeving beïnvloeden. Maar over deze musical vertel ik verder even niks, want de productie is momenteel in DeLaMar te zien. Geen spoilers dus.

En hoewel ze eigenlijk niet in dit rijtje passen, omdat in deze producties LGBTQIA+-thema’s een subplot vormen, moeten toch ook Foxtrot en Petticoat genoemd worden.

Protest en verlangen

Foxtrot omdat het de eerste Nederlandse musical was waarin er een LGBTQIA+-personage opgevoerd werd dat niet met zijn seksualiteit worstelde, maar wel met maatschappelijke onderdrukking geconfronteerd werd. ‘Sorry dat ik besta’ is eigenlijk een torch song; in dit geval een protestliedje en een lied van verlangen ineen. Willem Nijholt, die als Jules in de oorspronkelijke productie deze song briljant vertolkte, gaf daarmee het proces van homo-emancipatie een flinke voorwaartse slinger. Trudy Labij zong in diezelfde productie ‘Wat ik nou toch heb gelezen’, en schudde daar een groot deel van het…,  eh, onwetende publiek mee wakker. Daarom alleen al hoort Foxtrot in dit Pride-rijtje thuis.

Iets soortgelijks gebeurde in Petticoat. Want al is ‘Grote mannen, grote namen’ geen torch song te noemen, een protest zit er wel degelijk in. En vooruit: mooie tekst, mooi gezongen door Freek Bartels, en alleen daarom al behorend tot de LGBTQIA+ musical song canon.

Trouw blijven aan jezelf

Dan weer terug naar musicals waarin de hoofdpersonages wel degelijk een ‘reis van de held’-ontwikkeling doormaken. Groot voorbeeld daarvan is Everybody’s Talking About Jamie. Daarin is het niet Jamie die een probleem heeft, maar zijn omgeving. En door zichzelf trouw te blijven, verandert zijn omgeving en schittert hij. Helaas hebben we vanwege de coronapandemie deze productie in Nederland (nog) niet live kunnen zien. Maar wie weet komt ‘ie nog.

Innerlijke ontwikkeling

In dit kader is ook Victor, Victoria een pracht voorbeeld van een musical die stijf staat – excusez le mot – van de LGBTQIA+-thema’s. Ook hier is sprake van een held(in) die zichzelf trouw blijft, de eigen plek inneemt, en dat glorieus overleeft.

In Kiss of the Spider Woman en in The Boy from Oz worden we geconfronteerd met een vergelijkbare innerlijke ontwikkeling van de centrale personages, met die ‘reis van de held’. De eerste voorstelling is te zien geweest in Nederland, de tweede niet. De hoofdpersonages uit beide musicals, respectievelijk Molina en Peter Allen, worstelen met zichzelf. En ook zij sluiten vrede met zichzelf en vinden uiteindelijk daarmee hun eigen plek. Maar helaas; dat overleven ze dan weer niet. Angel, uit Rent, treft datzelfde lot.

In dit korte overzicht mag bovendien The Color Purple niet ontbreken, omdat hoofdpersoon Celie in haar ontwikkeling ook een LGBTQIA+-parcours doorloopt. En in het verlengde daarvan verdient ook Queen of Disco een vermelding. Daarin wordt aan de hand van de lotgevallen van disco-icoon Sylvester een culturele ontwikkeling getoond. Celie blijft in leven, Sylvester niet.

Organisch onderdeel

Om af te ronden, en deze musicalverhandeling te eindigen in het heden, nog even een vermelding van de gloednieuwe musical A Kind of Odyssey van MusicalMaker Job Greuter. Ook deze, naar eigen zeggen, bad-ass musical volgt de eerdergenoemde ‘reis van de held’. Hoe dat zich hier met Pride verhoudt? LGBTQIA+-thema’s zijn in het verhaal opgenomen als organisch onderdeel van de plot. In de opbouw overtreedt deze voorstelling overigens ongeveer alle musicalconventies, en die aanpak opent in de ontwikkeling van musicals en musicalvormen echt deuren. Maker Job Greuter en coregisseur Lisse Knaapen trappen ze nog net niet open.

Auteur: Julien Antonetti
Vindt menselijk gedrag fascinerend en is dol op verhalen. Schrijft als maker graag voor en over theater. Woont in zijn gedachten half in Londen.

Hoewel met zorg samengesteld, doet dit artikel slechts een greep uit alle voorbeelden van LGBTQIA+-thema’s in musicals. Het kan daardoor zijn dat werken of verhalen niet in dit artikel zijn opgenomen, terwijl deze wel relevant en belangrijk zijn. Heb je aanvullingen of wil je reageren? Dan kan dat via info@musicalmakers.staging.thewiebesagency.com.

  • Meer lezen over dit onderwerp
    In het volgende artikel gaat Julien in op het belang van representatie.

Altijd weten wat er speelt

Blijf op de hoogte door je aan te melden voor onze nieuwsbrief.